Kerkdienst | Stille Zaterdag
Organist: Kees Kuiper
Zie de pagina voor collecten: https://site.skgcollect.nl/35/doel/3117/open-kring.html
Het Triduüm
Drie dagen voor Pasen gaan wij vanaf Witte donderdag, waarin nog eenmaal de bemoediging en groet klinken, nog even het Gloria klinkt, naar Goede vrijdag. We doen dit met de Fonteinkerk, met hen staan we in een kring en delen matses en wijn. Na afloop wordt de tafel geruimd, we verlaten de kerkzaal in stilte.
Goede vrijdag dooft de kaars uit 2023 definitief in onze kerkzaal. De kaars wordt meegenomen.
Stille zaterdag keert het licht terug, maar eerst wordt er meerdere malen gevraagd waarom deze nacht toch zo anders is dan andere nachten. Als alles duidelijk is, staan we stil bij onze doop, we horen de namen van hen die zijn gedoopt tussen stille zaterdag 2023 en 2024. We lopen langs het doopwater en vormen vanuit dat water een kring, waar we brood en wijn delen. In het besef van eeuwen zingen we de geloofsbelijdenis om de volgende ochtend te jubelen!
Ds. Cor Baljeu
PS. vanwege privéomstandigheden gaat ds. Bert Aalbers voor in de viering op Stille zaterdag.
Met Johannes op weg naar Pasen
Dit jaar lezen we het evangelie van Johannes vanaf Witte Donderdag tot eerste Paasdag. Deze evangelist gaat steeds een heel eigen weg ten opzichte van zijn collega’s Mattheus, Marcus en Lucas. Verhalen die je
bij hen hoort, laat hij meestal weg en vervangt hij door eigen unieke verhalen waarin Jezus voortdurend in gesprek gaat met mensen. Jezus is bij hem de grote communicator. Denk aan zijn proloog: “In het begin was er het spreken van God (1:1) dat spreken is vlees en bloed geworden in de zoon (1:14).
Wat Johannes ons de komende dagen vertelt, is bijna altijd wat we niet bij de andere evangelisten tegenkomen.
- Op Witte Donderdag horen we (Joh.13:1-15) over Jezus’ liefde die tot het uiterste zal gaan. Hier niet de instelling van het Avondmaal, maar het verhaal van de voetwassing, als een voorbeeld ter navolging.
- Goede Vrijdag lezen we het lijdensverhaal (18 & 19) met verschillende stemmen, onderbroken door een lied dat dominee/dichter Hans Bouma schreef bij deze hoofdstukken. De evangelist tekent ons Jezus niet als een lam dat zich laat leiden – zoals Mattheus – maar als iemand met weliswaar koninklijke allure, maar niet met pracht en praal. Daarover gaat dan ook het gesprek met Pilatus, die zich een koning heel anders had voorgesteld.
- In de Paaswake, op Stille Zaterdag, klinken oudtestamentische teksten over schepping en herschepping, over lijden, over verwachting van terugkeer, over bevrijding uit het slavenhuis, over licht dat de duisternis verdrijft, over leven door de dood heen. Daarna horen we het begin van het opstandingsverhaal (20:1-9). En weer gaat Johannes een geheel eigen weg. Hij vertelt over Maria Magdalena die ontdekt dat het graf leeg is en in paniek twee leerlingen alarmeert. Zij gaan vervolgens in een vreemd soort wedloop naar het graf, dat inderdaad leeg blijkt te zijn. Ze zijn stomverbaasd. Logisch, zegt de evangelist, want “zij hadden uit de Schrift nog niet begrepen dat Hij uit de dood moest opstaan.”
- Op Paasmorgen lezen we dit verhaal opnieuw met daarna het vervolg (20:1-18): Maria Magdalena, huilend in de graftuin. Ze ziet Jezus aan voor de tuinman, maar haar ogen gaan open als hij haar naam noemt: “Maria!” Vervolgens krijgt zij de opdracht om de leerlingen te vertellen dat Jezus is opgestaan. Zij wordt dan ook de “apostel der apostelen” genoemd. Terecht!
Ds. Bert Aalbers